Drie universitair docenten over hun weg naar waardering:

‘Je hoeft je niet te schamen als je wilt excelleren in onderwijs’

3 april 2023

Opklimmen tot universitair hoofddocent of zelfs hoogleraar kan dankzij Erkennen en Waarderen nu ook als je excelleert in onderwijs.

Foto's: Bart van Overbeeke Bewerking: Pantelis Katsis
Universitair docenten Rob Mestrom, Wouter Ellenbroek en Peter Ruijten-Dodoiu (v.l.n.r.) gaan allen voor een onderwijsprofiel. Foto: Bart van Overbeeke Bewerking: Pantelis Katsis

Drie universitair docenten van drie verschillende faculteiten gaan in gesprek aan een tafel in Neuron. Ze hebben één ding gemeen: een enorme passie voor onderwijs en de ambitie om hierin carrière te maken aan onze universiteit. Dankzij het onderwijsprofiel in Erkennen en Waarderen is dat eindelijk mogelijk.

De totstandkoming van dit verhaal ging niet over één nacht ijs. Het is misschien exemplarisch voor het traject waarin universitair docenten Wouter Ellenbroek, Rob Mestrom en Peter Ruijten-Dodoiu zich bevinden. Ze staan in hun academische carrière op de tweesprong tussen onderzoek en onderwijs. Dankzij Erkennen en Waarderen kunnen ze hun onderwijsharten volgen en via het onderwijsprofiel carrière maken binnen de universiteit. Omdat dit profiel nog in de pilotfase zit, behoren zij tot de eersten die deze weg bewandelen. 

Na een voorgesprek werken ze graag mee aan een verhaal over hun keuze om voor onderwijs te gaan. De een zonder aarzeling, de ander met een beetje spanning. “Je spreekt je toch voor het eerst openlijk uit over wat je wilt”, legt Rob Mestrom, universitair docent in de groep Electromagnetics bij de faculteit Electrical Engineering, uit. “En dat is geen gebaand pad aan de universiteit.”

“Waarom is dat zo? ”, vraagt Peter Ruijten-Dodoiu, universitair docent bij de Human-Technology Interaction-groep bij Industrial Engineering & Innovation Sciences, aan Mestrom. Die antwoordt: “Aan de universiteit maakt iedereen op de traditionele manier carrière: je doet onderzoek, begeleidt promovendi, schrijft papers, vraagt beurzen aan en dan promoveer je van UD, naar UHD en uiteindelijk hoogleraar. Er wordt vaak wat anders gekeken naar mensen die onderwijs doen.”

Een prof zei: ‘Je wilt toch geen lesboer worden?’ Maar dat is juist waar ik impact kan maken.

Universitair docent Rob Mestrom

Stigma

“De grootste horde is nog steeds dat stigma, het gevoel dat het een nederlaag is als je deze keuze maakt”, bevestigt Wouter Ellenbroek, universitair docent bij de Soft Matter and Biological Physics-groep aan de faculteit Applied Physics & Science Education. “Je hoeft je niet te schamen als je wilt excelleren in onderwijs.”

Peter Ruijten-Dodoiu, Wouter Ellenbroek en Rob Mestrom (v.l.n.r.). Foto: Bart van Overbeeke
Peter Ruijten-Dodoiu, Wouter Ellenbroek en Rob Mestrom (v.l.n.r.). Foto: Bart van Overbeeke

Ellenbroek had geen enkele twijfel om zich uit te spreken over zijn voorliefde voor onderwijs. “Ik ben de gedachte dat je daarmee opgaat voor de B-league al een paar jaar voorbij. Maar ik herken het gevoel alsof je de handdoek in de ring gooit als je besluit om geen Vici-beurs of ERC Consolidator-grant aan te vragen.”

Ik ben de gedachte dat je met een onderwijsprofiel opgaat voor de B-league al een paar jaar voorbij.

Universitair docent Wouter Ellenbroek

“Ik werd er niet gelukkig van dat je als wetenschapper de ene na de andere persoonlijke beurs moet aanvragen om verder te komen in je carrière. Dat systeem is heel erg op de prestaties van één persoon gericht, dat is niet hoe ik wetenschap doe. Ik werk liever in teams en dat is ook de manier waarop ik mijn eigen profiel in elkaar zet. Gelukkig heb ik een decaan die mijn ambities volledig ondersteunt”, zegt Ellenbroek.

De juiste mix

Mestrom voelt zich ook gesteund door zijn capaciteitsgroepvoorzitter en decaan. “Ik loop hier al drie jaar mee rond”, zegt hij. “Pas toen Erkennen en Waarderen twee jaar terug werd ingevoerd, begon het echt te kriebelen bij mij en besloot ik ervoor te gaan.”

Mestrom: “Ook binnen de vakgroep wordt mijn onderwijsambitie gedragen. We zijn complementair aan elkaar. Mijn leidinggevende werkt aan valorisatie en het aanvragen van beurzen, ik ondersteun hem, maar focus op onderwijsinnovaties. Je moet er goed over blijven praten binnen je groep.”

“Dat maakt de mix in de groep, ze hebben jou net zo hard nodig”, concludeert Ruijten-Dodoiu. “Je moet op groepsniveau kijken naar de taken. Wie doet het onderzoek, wie de onderwijsinnovatie, wie de impact - het verhaal naar de buitenwereld toe. Je hebt in elke groep mensen van alle soorten pluimage nodig om succesvol te zijn.”

Je hebt in elke groep mensen van alle soorten pluimage nodig om succesvol te zijn.

Universitair docent Peter Ruijten-Dodoiu

Wouter Ellenbroek: ‘Ik krijg energie van onderwijs geven en organiseren’

In zijn kamer in Flux prijken maar liefst drie onderwijsprijzen. “Daar ben ik trots op”, zegt Wouter Ellenbroek, die nu UD1 (universitair docent) is en met een onderwijsprofiel universitair hoofddocent (UHD2) wil worden. Hij doet als principal investigator (PI) onderzoek naar zachte materialen, zoals polymeren, en doet veel simulatiewerk in zijn groep Responsive Soft Matter.

“De meeste mensen zitten niet meer hele dagen zelf te programmeren als ze PI zijn, maar ik vond het wel nuttig om ietsjes dichter bij de uitvoering te blijven staan. Wetenschap is teamsport voor mij en dit geeft mij meer tijd en ruimte voor onderwijstaken.”

PI-model

Zijn faculteit Applied Physics & Science Education voerde anderhalf jaar geleden het zogeheten PI-model in. “Je kunt als UD of UHD kiezen om je toe te leggen op een onderzoeks- of onderwijsprofiel. Toen wist ik dat ik niet meer zo lang hoefde te wachten om promotie naar UHD te maken.”

Zijn onderwijscarrière had toen al een vlucht gemaakt. “Ik krijg energie van onderwijs geven en organiseren, en dat werd gezien binnen de faculteit. Ik kreeg steeds meer rollen toebedeeld in de organisatie van het onderwijs.”

Verhalen vertellen

Jonge mensen zo goed mogelijk onderwijs bieden en ze voorbereiden op wat ze na hun studie gaan doen, dat is wat hem drijft. “Ik vind het heerlijk om voor een collegezaal met 180 studenten te staan en 2 x 45 minuten interactie met ze te hebben. Ik vind het plezierig om verhalen te vertellen, dingen uit te leggen. Je ziet het als iets aankomt, of juist niet duidelijk was. Dan leg ik het graag nog een keer uit. Ik kan niet anders.”

Hij is lid van de curriculumcommissie, de examencommissie en is betrokken bij vijf vakken. “Ik heb ieder kwartiel wel een onderwijstaak, ben er altijd mee bezig. Voor een groot deel van die vakken verzorg ik maar een derde van de colleges, maar ik ben wel iedere tentamenperiode bezig met nakijken en ben voor drie van de vijf vakken eindverantwoordelijk. Genoeg te doen dus”, constateert Ellenbroek met een glimlach. “Mijn prioriteiten liggen bij onderwijs en ik vind het mooi dat er binnen mijn faculteit de ruimte is om te kiezen dat je in onderwijs wilt excelleren.”

Mede-aanvrager

“Het nieuwe PI-model was een uitkomst voor mij. In het onderwijsprofiel ervan staat bijvoorbeeld dat je wel als mede-aanvrager op onderzoeksaanvragen moet staan, maar je hoeft geen hoofdonderzoeker meer te zijn. Dat is precies zoals het bij mij toch al steeds vaker  ging.”

“Ik kan beter onderzoek doen in de rol die ik nu heb, dan als de onderzoeker die aan alle touwtjes trekt en een grote groep mensen onder zich heeft. De universiteit heeft op deze manier meer aan mij, dan in de rol van traditionele natuurkundeprofessor.”

De weg naar promotie

Zo’n bevordering van bijvoorbeeld UD naar UHD binnen het onderwijsprofiel, vraagt het nodige voorwerk. De kandidaat moet een research statement, een teaching statement en een narratief curriculum vitae indienen om ‘op te kunnen voor een BAC’. Dat betekent dat je voor een benoemingsadviescommissie (BAC) je bevordering verdedigt. “Je moet in die documenten terugblikken en vooruitkijken, maar het is mij nog niet helemaal duidelijk hoe gedetailleerd die statements moeten zijn”, zegt Ellenbroek.

Hij sprak met de HR-adviseur over hoe hij dit moest insteken. “Maar die had dit ook nog nooit aan de hand gehad. Ik ben de eerste in onze faculteit die dit doet, dus ik ben een beetje een proefkonijn.”

Pionieren

Mestrom wil na de zomer toewerken naar zijn BAC, “dan zal ik binnen nu en twee jaar hopelijk UHD zijn. Dit is pionieren, we weten nog niet hoe dit precies werkt, maar we willen allemaal dat het lukt”, zegt Mestrom. “Daarvoor is het aandragen van de juiste mensen voor de BAC ook van belang.”

Als alles goed gaat, zwaait na de komende zomer de eerste promovendus van Ruijten-Dodoiu af. Dat geeft hem dan, na lange tijd, het vereiste vinkje om op te gaan voor UD1. “Bij elke stap op de ladder ligt een checklist klaar waaraan je moet voldoen. Dat werkt niet vanuit passie of intrinsieke motivatie. Ik ben bezig om de documenten die ze van ons vragen voor te bereiden en aan te laten sluiten op mijn onderwijsprofiel. In het najaar hoop ik dan naar de BAC te kunnen.”

Dat is hoe het werkt in de wetenschap: eerst doe je de baan, daarna krijg je ‘m.

Universitair docent Peter Ruijten-Dodoiu

“Ik heb het gevoel dat ik al een paar jaar opereer op het niveau waarnaar ik solliciteer”, zegt Ellenbroek. “Dat is hoe het werkt in de wetenschap”, bevestigt Ruijten-Dodoiu. “Eerst doe je de baan, daarna krijg je ‘m.” “Ik heb geen haast”, zegt Ellenbroek, maar het zou wel leuk zijn om de waardering die ik mondeling altijd krijg, ook een keer op papier te zien.”

Rob Mestrom: ‘Mijn doel is te kunnen doen waar mijn hart ligt’

Rob Mestrom is universitair docent (UD1) bij de groep Electromagnetics van de faculteit Electrical Engineering. Hij is PI op het gebied van neurostimulatie en werkt aan andere biomedische toepassingen van elektromagnetisme. “Ik werk in een kleine niche binnen onze groep.” Zijn bloed gaat vooral sneller stromen van onderwijs geven en vernieuwen.

Drie keer is hij uitgeroepen tot beste docent van een groot tweedejaars vak. Na zijn postdoc heeft Mestrom vijf jaar lang de bachelor Automotive gecoördineerd. Hij heeft een voortrekkersrol bij de vernieuwing van het bacheloronderwijs aan zijn faculteit. Ook is hij lid van de Beoordelings Adviescommissie, waarin hij met de onderwijskundige pet op kandidaten beoordeelt - nog via het oude systeem overigens. En hij wordt de verantwoordelijk docent voor een nieuw natuurkundevak voor eerstejaars.

Wapens

Het begeleiden van bachelorstudenten geeft hem veel voldoening. “Zij zijn de toekomst van onze maatschappij. Ik vind het mooi om hen te inspireren en motiveren”, zegt Mestrom. Zijn grootste wapens daarin zijn humor en inlevingsvermogen.

“Ik geef heel conceptuele vakken, zoals elektromagnetisme. Dat moet je ondersteunen met levendige voorbeelden. Wanneer je een grote groep voor je hebt, moet je maatwerk leveren, de stof op meerdere manieren kunnen uitleggen. De een slaat meer aan op praktische voorbeelden, terwijl de ander de theorie uitgeschreven op het bord wil zien. Ik zie het als uitdaging om in mijn colleges iedereen mee te krijgen, enthousiast te maken. En ik voer elk jaar vernieuwingen door in de vakken die ik geef.”

Balans in een team

Mestrom spreekt zijn voorkeur voor onderwijs nu openlijk uit. “Ik heb meer collega’s met een groot onderwijshart, maar zij durven dat nog niet hardop te zeggen. In een team is de balans en diversiteit belangrijk. Zet mensen in hun kracht. Ben je goed in het binnenhalen van grants? Laat diegene zich daarop focussen. Ben je een kei in onderwijs? Laat iemand dat dan doen. Mijn doel is om te kunnen doen waar mijn hart ligt.”

Rob Mestrom. Foto: Bart van Overbeeke Bewerking: Pantelis Katsis

Publiceren over onderwijs

“Het onderwijsprofiel is veel breder dan alleen onderwijs geven”, zegt Ruijten-Dodoiu. “Ik doe ook onderzoek naar en bouw aan een internationaal netwerk op het vlak van onderwijsinnovaties. Ik ga naar onderwijsconferenties en publiceer over onderwijsinnovaties, zoals die bij innovation Space worden gedaan, en over Challenge-based Learning. Doen jullie dat ook?”, vraagt hij de anderen.

“Dat is wel een wens van mij”, zegt Mestrom. “Ik wil weten wat voor impact een nieuwe methode bijvoorbeeld heeft op studenten en op het slagingspercentage. Er zullen een aantal cycli van een vak overheen gaan, voor je hier echt iets over kunt zeggen.”

Subveldjes en niches

Ellenbroek: “Je kunt pas hoogleraar worden als je internationaal bekendstaat om je onderwijsinnovaties. Dan gaan bijzonder weinig mensen dat redden. Het is veel gemakkelijker om naam te maken in onderzoek. Daar zijn heel veel subveldjes en niches. Als je werkt aan een heel specifiek gebied, dan weet iedereen daarin wie je bent, je komt elkaar telkens tegen. Onderwijs is een veel breder veld, dat maakt het lastiger.”

Volgens Ruijten-Dodoiu is het niet veel anders voor hen als onderwijsinnovatoren. “Dan ga je naar conferenties over engineering education, dat is ons specifieke vakgebied. Ik ben inmiddels al een paar keer gevraagd om een presentatie te geven op een onderwijsconferentie.”

Ik besteed zeventig procent van mijn tijd aan onderwijs, en toch kennen meer mensen mij vanwege mijn onderzoek.

Universitair docent Wouter Ellenbroek

Ellenbroek: “Ik besteed zeventig procent van mijn tijd aan onderwijs en dertig procent aan onderzoek, en toch kennen meer mensen mij vanwege mijn onderzoek”. “Dan wordt het tijd voor een publicatie”, zegt Ruijten-Dodoiu. “Ik begon op de campus met vertellen over ISBEP en Challenge-based Learning. In de zomer is er bijvoorbeeld een CBL-conferentie aan de TU/e. Daar spreek ik samen met een collega, en ik zal daarna vast meer uitnodigingen krijgen om te vertellen over onze methodes. Dat gaat stapsgewijs.”

Peter Ruijten-Dodoiu: ‘Prachtig dat ik deel mag uitmaken van de reis die studenten hier maken’

Peter Ruijten-Dodoiu is universitair docent (UD2) bij de Human-Technology Interaction groep van de faculteit Industrial Engineering & Innovation Sciences. Zijn onderzoek spitst zich toe op het ontwerpen van de sociale vaardigheden van kunstmatige intelligentie van de toekomst.

Ruijten-Dodoiu is al vele jaren betrokken bij onderwijsinnovaties, is coördinator van het innovation Space Bachelor Eindproject (ISBEP) en is een van de kartrekkers van Challenge-based Learning aan de universiteit. Tijdens MomenTUm 2018 werd hij uitgeroepen tot beste bachelordocent van de TU/e.

Vormende rol

Tijdens zijn tijd als promovendus kwam hij erachter dat zijn passie ligt bij onderwijs. “Studenten lopen hier rond tussen hun 18de en 24ste jaar. Dat is een heftige periode waarin ze uit huis gaan en hun eigen leven opbouwen. Daar speel je als docent een enorm vormende rol in. Ze zijn eigenlijk net kind-af als ze hier binnenkomen, en als ze weer weggaan, gaan ze de banenmarkt op. Dat ik deel mag uitmaken van die reis, vind ik prachtig. Ik ben zelf een tijdje terug vader geworden en dat geeft een extra dimensie aan hoe ik met de studenten omga. De zorg voor de nieuwe generatie is nog sterker geworden.”

Natuurlijke weg

Ruijten-Dodoiu werkte na zijn promotie aan de TU/e fulltime als docent. “Ik werd niet geacht onderzoek te doen, maar dat deed ik wel. Ik heb veel studenten begeleid en publiceerde werk uit mijn eerdere promotie. Ik heb in die twee jaar harder gewerkt dan ooit om een redelijk profiel op te kunnen bouwen, naast de twaalf vakken waarbij ik als docent betrokken was.”

Uiteindelijk kreeg hij een positie als UD2, en hoopt hij dit najaar de stap naar UD1 te kunnen maken, wanneer hij - naar alle waarschijnlijkheid - twee promovendi ‘oplevert’ als begeleider. “Tot dat vinkje gezet kan worden, zit ik ‘vast’. De vaste baan heb ik allang, het enige verschil is het ook weerspiegeld zien in je salaris.”

“Maar”, zo vervolgt hij, “het is oké. Al ben ik ‘nog maar’ UD2. Ik doe wat ik leuk vind en ben daarin altijd gestimuleerd.”

Peter Ruijten-Dodoiu. Foto: Bart van Overbeeke Bewerking: Pantelis Katsis

De toekomst

Op de vraag ‘waar sta je over vijf jaar’, antwoordt Mestrom droog: “Dan denk ik dat je met twee UHD’s en een UD1 aan tafel zit.” Dan, serieus: “Ik hoop dat ik dan met net zoveel plezier mijn onderwijswerkzaamheden doe, en er ook de waardering voor krijg. Er zijn bovendien genoeg ideeën voor innovaties: een bachelorvak dat wiskunde integreert met toepassingen binnen Electrical Engineering, een mastervak medical device design waarin engineers volgens de nieuwste medische regelgeving leren werken. Die ideeën heb ik over vijf jaar uitgerold en gevalideerd en ik werk dan op faculteitsniveau aan visie en beleid.”

Mestrom: “Hoogleraar worden hoef ik niet per se zo snel mogelijk, ik ben heel tevreden met wat ik nu doe en wil het lesgeven en het contact met de studenten niet missen. Dat is namelijk de plek waar ik voel dat ik echt impact kan maken.”

“Of ik over vijf jaar hoogleraar ben, dat is een lange termijn-dingetje, eerst maar eens UHD2 worden, dat gaat hopelijk dit jaar lukken”, zegt Ellenbroek. “Als dingen heel vlot gaan, sluit ik niet uit dat ik richting UHD1 ga. Maar ik heb geen haast, al zou het fijn zijn als ik niet meer de vraag ‘zit je hier al tien jaar en ben je nog UD?’ hoef te beantwoorden.”

Opleidingsdirecteur

Ellenbroek heeft veel plezier in de organisatorische kant van onderwijs en ziet zichzelf uiteindelijk als opleidingsdirecteur van zijn faculteit. “Ik heb de afgelopen vijf jaar steeds meer organisatorische onderwijsklussen op me genomen en dat bevalt uitstekend. Ik voel me gewaardeerd. Als die functie ooit vrijkomt, ligt het voor de hand dat ze aan mij denken.”

“Ik hoop dat ik over vijf jaar nationaal en internationaal bekendsta als expert op het gebied van toetsing in Challenge-based Learning en dat we andere docenten hebben kunnen overtuigen van het belang van CBL en andere onderwijsinnovaties”, zegt Ruijten-Dodoiu. De gedroomde positie hierbij is die van opleidingsdirecteur. “Maar ik hoop vooral dat ik dingen blijf doen die ik leuk vind. Welke positie daarbij hoort, zien we dan wel weer.”

Het kan niet zo zijn dat iemand die zó vol voor onderwijsinnovaties gaat, op UD-niveau blijft hangen.

Universitair docent Wouter Ellenbroek

“Het zou gek zijn als jij géén UHD wordt”, zegt Ellenbroek tegen Ruijten-Dodoiu. “Als deze universiteit Erkennen en Waarderen serieus neemt, kan het niet zo zijn dat iemand die zó vol voor onderwijsinnovaties gaat als jij op UD-niveau blijft hangen. Dat zou raar zijn. En dat is denk ik ook de boodschap: Er is niet één smaak in dit carrièrepad. Je moet je kunnen ontwikkelen in wat jij leuk vindt en waar je goed in bent. Daar heeft de universiteit ook het meeste aan.”

Uit onze strategie: over Erkennen en Waarderen

Wetenschappers doen zoveel meer dan alleen onderzoek. Ze geven onderwijs, begeleiden studenten en promovendi, geven leiding aan een afdeling, en delen hun inzichten met het grote publiek. Toch worden ze vooral nog beoordeeld op hun individuele onderzoeks-output. Dit verandert met Erkennen en Waarderen. Samenwerken in een team wordt gestimuleerd, en er ontstaat meer ruimte voor diversiteit in ambities en talent op het gebied van onderzoek, onderwijs, leiderschap en impact. Erkennen en Waarderen valt in onze Strategie 2030 onder het thema Talent.

Vragen? 

Heb je vragen over wat Erkennen en Waarderen voor jou kan betekenen? Neem dan contact op met Julma Braat van HRM.

Onze verhalen over Erkennen en Waarderen

Brigit Span
(Corporate Storyteller)

Meer over onze strategie

Blijf ons volgen