Experts benoemen 5 prioriteiten bij vaststellen klimaatfinanciering na 2025

12 september 2022

Nieuw onderzoek naar klimaatfinanciering van hoofdauteur Pieter Pauw verschijnt 12 september in Climate Policy

Overstromingen Pakistan in 2022. Foto: (c) UNHCR

Nieuw onderzoek van 14 vooraanstaande klimaat-financieringsexperts legt de problemen met de huidige klimaatfinanciering bloot. De VN Klimaattop in Egypte (COP-27) in november, waar dit één van de belangrijkste onderwerpen wordt, komt snel dichterbij en daarmee de start van het proces om te komen tot een nieuw klimaatfinancieringsdoel. Dit onderzoek biedt inzichten en 5 belangrijke criteria voor het vaststellen van de doelen na 2025 hiervoor.

Pieter Pauw. Foto: Pieter Pauw

Afwegingen bij het vaststellen van een nieuw wereldwijd klimaatfinancieringsdoel zou moeten focussen op 5 elementen, volgens de groep van klimaatfinancieringsexperts. De Perspective “Post-2025 climate finance target: how much more and how much better?” van hun hand verschijnt vandaag in Climate Policy. Hoofdauteur Pieter Pauw is onlangs bij de TU/e gestart als klimaatfinancieringsonderzoeker in de groep Innovation & Society aan de faculteit Industrial Engineering and Innovation Sciences en bij onderzoeksinstituut EIRES.

Overheden hebben zich in het Parijs-akkoord gecommitteerd om uiterlijk 2025 een ‘nieuw collectief en gekwantificeerd doel’ voor klimaatfinanciering vast te stellen. Vorig jaar, tijdens de VN Klimaattop in Glasgow, is het overleg begonnen hoe dat proces aangevlogen moet worden. Bij eerdere VN Klimaattoppen is door de ontwikkelde landen afgesproken om tussen 2020 en 2025 USD 100 miljard per jaar aan klimaatfinanciering te mobiliseren. Met een goede reden, want klimaatfinanciering is een noodzakelijke voorwaarde voor veel ontwikkelingslanden om ergere klimaatverandering te voorkomen en hun landen aan te passen aan klimaatverandering.

Volgens een recent OECD rapport werd dit doel in 2020 niet gehaald. Dat jaar werd slechts USD 83,3 miljoen bij elkaar gebracht door de ontwikkelde landen. Ondanks dat de meningen verdeeld zijn hoe klimaatfinanciering berekend moet worden, vragen de onderzoekers in hun Perspective dringend aan beleidsmakers om kritisch te kijken of de huidige klimaatfinanciering effectief is in het oplossen van de problemen in de ontvangende landen.

Overwegingen voor 2025 en verder

“Klimaatfinanciering heeft een hoop tegenstand moeten overwinnen. Dat is juist waarom het nieuwe financieringsdoel meer zou moeten zijn dan een hoger getal”, zegt Pauw. “Wij identificeerden de moeilijkheden uit het verleden. Volgens ons moet de focus van de onderhandelingen liggen op vijf kritische succesfactoren om een zinvol klimaatfinancieringsdoel vast te stellen voor na 2025.” De vijf factoren staan hieronder vermeld:

  1. Link het nieuwe doel aan artikel 2.1 C van het Parijsakkoord. Daarin wordt gestreefd naar het  vergroenen van alle financiële stromen wereldwijd, niet alleen die van klimaatfinanciering.
     
  2. Splits in het nieuwe doel de gelden voor het voorkomen van klimaatverandering (mitigatie) en het aanpassen van een land om bestand te zijn tegen klimaatverandering (adaptatie). Met name dat laatste schiet er nu nog vaak bij in. Slechts een derde van de huidige klimaatfinanciering wordt nu besteedt aan adaptatie, volgens het VN rapport hierover.

    "De onderhandelingen hierover bieden ook een kans om nieuwe inzichten in de behoeften van de ontvangende landen mee te nemen in de financiering”, zegt coauteur Richard Klein, senior research fellow aan het Stockholm Environment Institute (SEI). De ontvangende landen zoeken met name naar manieren om hun land bestand te maken tegen de effecten van klimaatverandering (adaptatie) en merken dat juist daarvoor de kennis en financiering lastig te vinden zijn.
     
  3. Zet subdoelen op de gebruikte financiële instrumenten. “Verreweg de meeste klimaatfinanciering uit publieke middelen wordt ter beschikking gesteld als een lening op dit moment. Met een verdeling van 71% leningen, ten opzichte van 26% giften”, zegt Zoha Shawoo, Research Associate bij SEI’s locatie in de VS. “Maar vanuit klimaatrechtvaardigheid, zijn giften logischer dan leningen. Zeker omdat de ontvangende landen toch al vaak gebukt gaan onder zware schulden, terwijl ze meestal nauwelijks hebben bijgedragen aan de oorzaken van klimaatverandering.”
     
  4. Overweeg of en hoe private investeringen meegeteld moeten worden. Er is nog onvoldoende onderzocht hoe publieke middelen of maatregelen effectief gebruikt kunnen worden om private investeringen te stimuleren. Bijvoorbeeld door het verlagen van investeringsrisico’s.
     
  5. Tot slot gaat het om het borgen van nieuwe en aanvullende financiering. Er is immers door iedereen afgesproken om voor klimaatfinanciering nieuwe gelden beschikbaar te stellen, maar nog te vaak wordt het geld uit andere potjes, bijvoorbeeld voor ontwikkelingswerk, overgeheveld. Zo krijgen de ontvangende landen netto evenveel als vroeger en dat is tegen de afspraken in. Een rechtvaardig systeem om consistente klimaatfinancieringsstromen te monitoren en erover te rapporteren is dan ook noodzakelijk.

Vooruitzichten

De onderhandelingen over de klimaatfinancieringsdoelen na 2025 starten pas echt op de VN Klimaattop in november in Egypte. Daarom bieden de schrijvers ook suggesties hoe de partijen het onderling eens zouden kunnen worden. Ook bieden ze praktische manieren om de nieuwe kwantitatieve klimaatfinancieringsdoelen vast te stellen en te bereiken.

Maar, daarvoor moeten wel de internationale regels om klimaatfinanciering te volgen en erover te rapporteren aangescherpt worden. Dat is volgens de schrijvers van de Perspective een voorwaarde voor grotere transparantie en onderling vertrouwen.

Het Perspective “Post-2025 climate finance target: how much more and how much better?” verschijnt vandaag in Climate Policy.

Nicole van Overveld
(Science Information Officer)

Meer over duurzaamheid

Het laatste nieuws

Blijf ons volgen