Vier NWO-beurzen voor innovatief onderzoek TU/e
In totaal 32 miljoen voor nieuwe Perspectief-programma’s tijdens TEKNOWLOGY Festival.
Schoon varen op ammoniak, minder overdracht van virussen door de lucht, circulaire elektronica, en hergebruik van schroot. Dit zijn de onderwerpen waarmee onderzoekers van de TU/e samen met wetenschappers van andere universiteiten en bedrijven de komende jaren aan de slag gaan. Het onderzoek is mogelijk gemaakt door financiële steun vanuit het NWO-Perspectief-programma. Met de beurzen, die bekend werden gemaakt tijdens NWO-innovatiefestival TEKNOWLOGY in Maarssen, zijn bedragen gemoeid van 1,5 tot 4 miljoen euro.
Schoon varen op ammoniak
We hebben zo snel mogelijk alternatieven nodig voor fossiele brandstoffen zoals diesel en aardgas, onder andere om de uitstoot van koolstofdioxide te verminderen en zo klimaatverandering tegen te gaan. Voor zwaar transport zoals zeeschepen en grote vrachtwagens, die nu nog vooral gebruik maken van diesel en stookolie, is ammoniak een interessante brandstof. Het gas, dat bekendstaat om zijn karakteristieke geur, heeft een relatief grote energiedichtheid. Daardoor kun je veel energie opslaan in een veel kleiner volume dan in (groene) waterstof. Het AmmoniaDrive-programma richt zich daarom op de vraag hoe je ammoniak op een energie-efficiënte, schone, betaalbare en vooral veilige manier kunt gebruiken om het huidige zwaar transport te verduurzamen.
Aan het door de TU Delft geleide project werken behalve TU/e-onderzoeker Bart Somers onder andere ook Rijksuniversiteit Groningen, TNO, Universiteit Twente, Universiteit van Amsterdam, Wageningen Marine Research en Wageningen University & Research mee.
Virusoverdracht via lucht verhinderen
Sinds COVID-19 wereldwijd toesloeg zijn we ons ten zeerste bewust van het gevaar van zich door de lucht verspreidende ziekten. In het MIST-programma (MItigation STrategies for Airborne Infection Control) slaan virologen, epidemiologen, vloeistofmechanici en ingenieurs de handen ineen om virusoverdracht via de lucht te begrijpen en te verhinderen. De onderzoekers bestuderen onder verschillende omstandigheden de besmettelijkheid van virussen, de verspreiding van vochtdruppeltjes in de lucht, en de invloed van ventilatie en luchtreiniging op de virusoverdracht. Vervolgens vertalen ze deze kennis in praktische aanbevelingen over welke maatregelen het meest efficiënt, kosteneffectief en duurzaam in te zetten zijn in verschillende omgevingen, variërend van bij mensen thuis tot in ziekenhuizen, scholen en treinen.
Aan het door de Universiteit Twente geleide project werken behalve TU/e-onderzoekers Twan van Hooff, Bert Blocken en Marcel Loomans ook MARIN, Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum, Radboudumc, TNO, TU Delft, University Medical Center Groningen en Universiteit van Amsterdam mee.
Naar circulaire elektronica
Onze digitaliserende maatschappij leunt steeds zwaarder op elektronische apparatuur. We moeten het ontwerp, de productie en het gebruik van elektronica radicaal veranderen. Anders gaat de hoeveelheid elektronisch afval de komende twee decennia bijna verdrievoudigen en raken de benodigde grondstoffen in rap tempo op. Het Perspectiefprogramma Circular Circuits: design of next generation electronics for a circular economy hanteert een systematische aanpak om een volledig circulaire generatie elektronica te ontwikkelen. De onderzoekers werken aan oplossingen voor levensduurverlenging, hergebruik, reparatie, en recycling en kijken hiervoor zowel naar de technologische ontwerpaspecten als naar nieuwe bedrijfsmodellen en geavanceerde recyclingtechnologie. Het project richt zich op toepassingen in telecommunicatie, consumentenelektronica, verlichting en vermogenselektronica.
Aan het door de Universiteit Leiden geleide project werken behalve de TU/e ook Erasmus University Rotterdam, Radboud Universiteit, Rotterdam University of Applied Sciences, Saxion, TNO en TU Delft mee.
Meer gebruikt materiaal in staal
Om de CO2-uitstoot van de staalproductie te verminderen en een drastische reductie in de benodigde hoeveelheid ijzererts te realiseren, zou het goed zijn om meer schroot te hergebruiken in het productieproces. Maar dat is problematisch, omdat de samenstelling van het schroot niet altijd hetzelfde is. Dit leidt tot variaties in de mechanische eigenschappen van het geproduceerde staal, en daarmee tot problemen bij de vervaardiging van staalproducten. Het project Data Enhanced Physical models to reduce Materials use (DEPMAT) ontwikkelt nieuwe materiaalmodellen die voorspellen hoe de samenstelling van de grondstoffen en de instellingen van het productieproces de uiteindelijke eigenschappen van het geproduceerde staal beïnvloeden. Op deze manier wordt het mogelijk om meer schroot te gebruiken en toch een constante staalkwaliteit te garanderen.
Aan het door de Universiteit Twente geleide project werkt behalve TU/e-onderzoekers Marc Geers, Ron Peerlings en Johan Hoefnagels ook de TU Delft mee.
Over NWO Perspectief
Het Perspectief-programma daagt onderzoekers uit om consortia te vormen met het bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties. Samen werken ze aan technologische innovaties met maatschappelijke impact en het creëren van economische kansen voor Nederland. De onderzoeken richten zich op de grote maatschappelijke uitdagingen en de sleuteltechnologieën en leveren daarmee een bijdrage aan het missiegedreven Topsectoren- en Innovatiebeleid.
Binnen het programma is dit jaar een totaal budget beschikbaar van 32 miljoen euro. Daarvan is meer dan 22 miljoen euro toegewezen vanuit het ministerie van Economische Zaken en Klimaat. Daarnaast dragen 117 betrokken bedrijven en maatschappelijke organisaties bijna 10 miljoen euro bij uit eigen middelen. Daarmee kunnen 74 onderzoekers de komende jaren aan de slag.