Wetenschappelijke integriteit

Binnen de TU/e rust op alle betrokkenen bij het onderwijs en onderzoek een eigen verantwoordelijkheid voor het naleven en het in standhouden van de wetenschappelijke integriteit. Als TU/e willen we dan ook dat de algemene beginselen van professioneel wetenschappelijk handelen in alle gevallen worden nageleefd. 

Nederlandse Gedragscode Wetenschappelijke Integriteit

In de Nederlandse Gedragscode Wetenschappelijke Integriteit onderschreven door 6 koepelorganisaties, waaronder de VSNU, in werking getreden met ingang van 1 oktober 2018, staat een uitwerking van deze beginselen. Deze Code vervangt de  Nederlandse  Gedragscode Wetenschapsbeoefening van de VSNU.

De TU/e kent daarnaast een eigen Gedragscode Wetenschapsbeoefening. Deze TU/e Gedragscode biedt een beknoptere versie, die bovendien rekening houdt met de specifieke kenmerken van wetenschappelijke activiteiten aan een technische universiteit. De TU/e Gedragscode bevat daarom normen voor ontwerpgerichte activiteiten, en stelt in het belang van onderzoekers (bijvoorbeeld: PhD, postdoc, PDEng) grenzen aan de geheimhouding van de resultaten en gegevens van wetenschappelijk onderzoek. Waar op andere punten sprake is van nuanceverschillen tussen beide gedragscodes, of formuleringen van elkaar afwijken, is de Nederlandse Gedragscode leidend.

TU/e Gedragscode Wetenschapsbeoefening

Aan de TU/e word je opgeleid om integer wetenschappelijk onderzoek te doen. Om duidelijk te maken wat wetenschappelijke integriteit inhoudt, is een Code opgesteld, waarin vijf centrale waarden worden geïdentificeerd, steeds met een aantal bijbehorende normen. Dat zijn: betrouwbaarheid, intellectuele eerlijkheid, openheid, onafhankelijkheid en maatschappelijke verantwoordelijkheid.

Als wetenschapper dien je bijvoorbeeld geen resultaten te claimen waaraan je niet hebt bijgedragen; dat is een kwestie van intellectuele eerlijkheid. De Code is opgesteld in overleg met wetenschappers uit allerlei vakgebieden, en in 2014 officieel ingevoerd.

De TU/e Code is een verzameling richtlijnen, die uitdrukken hoe je je als wetenschapper hoort te gedragen, en wat je van andere wetenschappers mag verwachten. De Code is dus geen juridisch document, of een contract dat je aangaat met de universiteit. Voor andere, vaak specifiekere kwesties, zoals tentamenfraude en vertrouwelijkheid van gegevens, bestaan andere regelingen en documenten, die vaak wel een juridische status hebben.

Aan alle wetenschappelijke medewerkers en masters-studenten aan de TU/e wordt gevraagd om de TU/e Code te ondertekenen, en zo te verklaren dat ze de centrale waarden onderschrijven, en zullen streven hun onderzoek conform de standaarden van integriteit uit te voeren.

Klachtenregeling wetenschappelijke integriteit

Een van de middelen om de wetenschappelijke integriteit te toetsen is het recht te klagen als (het vermoeden bestaat dat) medewerkers de wetenschappelijke integriteit schenden. Voor de uitvoering van dit klachtrecht heeft het College van Bestuur de Klachtenregeling wetenschappelijke integriteit TU/e vastgesteld.

Vertrouwenspersoon en klachtencommissie

De TU/e heeft twee vertrouwenspersonen aangewezen om iedereen, die met mogelijke schending van integriteit te maken heeft, bij te staan bij het zoeken naar een oplossing en bij het indienen van een formele klacht.

De vertrouwenspersoon is:
Prof. dr. ir. S.C. (Sem) Borst
Telefoon.: (040-247) 5105
E-mail: s.c.borst@tue.nl

De secretaris van de klachtencommissie is:
Dr. J.M. Habraken
Telefoon: 040 247 6259
E-mail: J.M.Habraken@tue.nl

De TU/e biedt ook de mogelijkheid anoniem te melden via de TU/e SpeakUp Line. Meer info vind je op intranet.

Research Integrity Promotion Plan

Het College van Bestuur van de TU/e ondersteunt de Europese Commissie actief bij het bevorderen van wetenschappelijke integriteit in Horizon Europe. In de European Code of Conduct for Research Integrity worden fundamentele principes van wetenschappelijke integriteit beschreven zoals: betrouwbaarheid, eerlijkheid, respect en verantwoordelijkheid. Om ervoor te zorgen dat onderzoekers deze principes kunnen vertalen naar hun eigen verantwoorde onderzoekspraktijken, vraagt de Europese Commissie alle Research Performing Organizations (RPO's) om een Research Integrity Promotion Plan (RIPP) op te stellen. Dit plan bestrijkt negen onderwerpen die verband houden met wetenschappelijke integriteit en beschrijft hoe de organisatie (via passende procedures, beleid en structuren) onderzoekers faciliteert bij al deze onderwerpen.

De TU/e verwelkomt dit initiatief van de Europese Commissie en is meer dan bereid om te laten zien hoe de TU/e zich inzet om onderzoekers te faciliteren om hun onderzoek op verantwoorde wijze en met de hoogste standaard van integriteit uit te voeren. Op dit moment brengt de TU/e alle huidige structuren, beleid en procedures samen die relevant zijn voor de onderwerpen van het RIPP op:

  1. Onderzoeksomgeving
  2. Opleiding en mentorschap
  3. Training in wetenschappelijke integriteit
  4. Ethische toetsing in onderzoek
  5. Gebruik en beheer van gegevens  
  6. Samenwerking in onderzoek
  7. Publicatie en communicatie
  8. Belangenverklaring
  9. Klachtenregeling wetenschappelijke integriteit

Het RIPP van de TU/e zal zowel een weergave van de huidige aanpak, alsook doelstellingen voor de toekomst bevatten op het gebied van wetenschappelijke integriteit.  Door te leren van andere RPO's, en door (vertegenwoordigers van) alle relevante interne stakeholders binnen de TU/e te betrekken, zal de TU/e een breed gedragen RIPP opstellen dat de standaarden voor de wetenschap in het algemeen verder zal verbeteren. Wij zullen gebruik maken van de SOPs4RI toolbox als basis voor implementatie en onderhoud. Het RIPP van de TU/e zal naar verwachting medio 2022 worden vastgesteld.